Kunst en metafysica (1).
Enkele teksten over religie van de filosoof Arthur Schopenhauer verschenen in het Nederlands onder de veelzeggende titel ‘Het nut van vrome leugens’ (vertaling Hans Driessen). Schopenhauer zag positieve aspecten van godsdienst in bijvoorbeeld morele kwesties. En het was een antwoord op de metafysische noodwendigheid van de mens. (Metafysica betekent ‘wat ná de natuur komt’, de essentie achter de werkelijkheid zoals wij die ervaren en zien.) “Behalve de mens is er geen enkel wezen dat zich verwondert over zijn eigen bestaan (…). Tegelijk met deze bewustwording en deze verwondering ontstaat daarom ook de behoefte aan een metafysica, die alleen eigen is aan de mens.”
Schopenhauer zag tevens de onverdraagzaamheid naar anderen omdat elke (met name monotheïstische) religie de waarheid in pacht meent te hebben. Volgens hem had godsdienst haar beste tijd achter de rug en het zou vervangen worden door de wijsbegeerte. “De filosofie heeft als wetenschap volstrekt niets te maken met wat geloofd moet of mag worden, maar alleen met wat men moet weten. (…) omdat kennis van een harder materiaal is dan het geloof: als ze met elkaar in botsing komen, gaat het laatste aan gruzelementen.” Ik had hem graag gelijk gegeven.
Vanaf de eerste uitingen ervan geven de kunsten blijk van het zoeken van de mens naar het zijn achter de zintuiglijke waarneming. Dat werd altijd onderkend door álle religies: “Tempels en kerken, pagoden en moskeeën, in alle landen en uit alle tijden getuigen (…) van de metafysische behoefte van de mens die (…) de fysieke behoefte op de voet volgt” (Schopenhauer). De katholieke kerk bijvoorbeeld maakte al in haar beginstadium gebruik van beeldende kunst voor de veelal ongeletterde gelovigen. Min of meer naast de grafkunst waren dat vooral (figuratieve) verbeeldingen van de bijbel of van heiligenlevens. (‘…er was licht’)
Figuratieve kunst kent een bepaalde verschijningsvorm in de tijd, op een plaats en binnen een cultuur: “(…) terwijl de metafysica voorbijgaat aan de verschijning en alleen oog heeft voor wát er verschijnt” (Schopenhauer). Waar figuratie altijd iets van de werkelijkheid verbeeldt, op welke wijze dan ook, onttrekt abstractie zich grotendeels aan de menselijke belevingswereld. Abstracte kunst is universeel en je kunt het niet ‘eigen’ maken. Misschien ligt daar een reden waarom het mensen soms boos maakt en zelfs vaker tot vandalisme leidt. Aan de andere kant kan juist abstracte kunst leiden tot diepe ontroering. Niet om wat je ziet, maar om wat zich van de waarneming losmaakt en daar bovenuit gaat.
Natuurlijk kunnen ook sculpturen metafysisch beleefd worden, zeker als kunstenaars zich beperken tot geometrische grondvormen, zoals bij ‘minimal art’. Een vroeg en invloedrijk voorbeeld hiervan is de ‘Eindeloze kolom’ (een van de naamvarianten) van Constantin Brancusi: in feite een negenentwintig meter hoge ijzeren ketting met één repetitieve vorm. Een oudere tekst over het werk van Brancusi laat mooi de transcendente kant zien: “(…) het is een irenische, bovenzinnelijke aandrang geworden en de materie bezweek. Zo moest deze definiëring en bezieling van materie wel de wil vertonen om buiten de historische gebondenheid te treden, buiten álle geschiedenis, niet alleen buiten die van de kunst” (Karel Horemans).
Een ‘bezwijkende’ materie; daar is volgens mij de kern te vinden. Het gaat niet om vormen of kleuren, uiteindelijk niet eens om wat al dan niet ‘kunst’ is. Metafysica wordt daarom het meest ervaren bij wat buiten de bééldende kunst ligt: muziek. Dat verbeeldt niets, maar is toch een universele taal met grote emotionele invloed op mensen. Schopenhauer over het menselijk tekort dat van het leven een lijdensweg maakt en hoe als individu uit die situatie te komen: “ (…) door te kiezen voor ascetisme en in de kunst te duiken. Met name muziek is balsem voor de ziel” (vertaling Enne Koops).
Op de foto’s de drie sculpturen die Constantin Brancusi maakte in zijn geboorteplaats Târgu Jiu (Roemenië) als gedenktekens voor de tegen de Duitsers gevallen soldaten. Links de ‘Eindeloze kolom’, rechtsboven ‘De poort van de kus’ en rechtsonder ‘De tafel van de stilte’.
Mei 2019.